Fout! Het meervoud van een dropping is droppings. Dat wist ik niet of was ik vergeten. Wat ik niet vergeten ben zijn de droppings die ik zelf heb meegemaakt toen ik nog een kleine Mo was. Eerst als bange zesjarige, later als stoere brugklasser: nergens bang voor! Dat dacht ik tenminste totdat ik weer meedeed aan een dropping van de sportclub.
Je werd meegenomen in een busje. Achterin. Geen zitplaatsen, geen gordels. Als het busje een ongeluk had gekregen dan lag je met al je vriendjes plat tegen de stoelen van de bestuurder of tegen de achterdeuren. Levensgevaarlijk maar wat was het spannend. Na een paar rondjes werd je uitgezet ergens in het bos of op de hei en je kreeg maar één opdracht: loop terug naar de club.
Er was meer begeleiding dan er deelnemers waren aan de dropping. De begeleiding, een stelletje bejaarden van wel 20 jaar oud, vertelden altijd dat er vlakbij de plek waar we gedropt waren, een lichaam was gevonden van een vermoorde vrouw. We deden alsof ons dat niets deed maar eigenlijk deden we het in onze broek.
Met zaklampjes die je op moest laden door er in te knijpen zochten we onze weg door het bos. De spanning zongen we weg met kinderliedjes. Mijn hemel, wat heb ik hard gezongen. Je hoorde af en toe een geluid. De begeleiders vertelden dan altijd dat er wolven waren gezien. Toen al!
Uiteindelijk bereikte je de thuishaven. Doodmoe en klappertandend van de kou dronk je een glaasje limonade of warme chocolademelk en keek je toe hoe een ander team wel had gewonnen. Daarna lag je nog uren wakker in je bedje door iets wat later adrenaline bleek te heten.
Na een pauze van een paar jaar deed je weer mee aan de dropping. Nu als begeleiding. Je had inmiddels de leeftijd van een bejaarde 20-jarige bereikt. En tijdens deze droppings zag je licht! Het licht van dansende hormonen. Ja, er bleef af en toe wat begeleiding van de dropping achter in het bos. Nog spannender dan de echte dropping.
Die droppings zijn onuitwisbare herinneringen. Sprookjes en wonderen. Ik heb de magie ervaren van het bos, het bos in de nacht. De duisternis en de geluiden. De verwondering en de spanning. Ik moest daar weer aan denken toen ik de Baron van de Hoge Veluwe een oproep zag doen om droppings te verbieden. Waarom? Omdat er een paar dronken studenten van de TU Delft bij hun dropping waren uitgezet vlakbij de ingang van zijn park. Ze maakte daar dingen kapot. Dom, dom, dom. Niet goed te praten.
Maar het wordt nog erger want het wild schrikt er van! Konijnen springen op, wilde zwijnen worden wakker en slapende herten lopen zuchtend honderd meter verderop om weer door te kunnen slapen.
Ik zeg: nou, en?!
Maar ecologen, jagers en boswachters staan natuurlijk al klaar om die oproep te ondersteunen terwijl ze weten dat een groot gedeelte van al dat wild binnen een jaar wordt afgeknald in het kader van faunabeheer. Daar schrikken ze pas echt van, die zwijnen en herten. Afgeschoten worden door een bejaarde sneuneus met een karabijn die er plezier aan beleeft door herten en zwijnen dicht bij de voederplaats af te schieten.
Echt, er is geen betere manier dan kinderen respect en liefde bij te brengen voor de natuur dan ze mee laten doen aan droppings. We moeten hier op de Veluwe droppings niet verbieden, we moeten ze verplicht stellen. Iedere sportclub verplicht een dropping tijdens een donkere en koude avond als het sportseizoen een beetje dood lijkt te bloeden. Leuk voor de kinderen. En de begeleiding.
Geen betere plek voor een dropping dan de Hoge Veluwe lijkt me. Omringd door hekken, geen kind dat kan verdwalen.
Een mooi businessmodel, toch Baron?