De nazomer brengt voor de buitenmens ook nadelen met zich mee. Om te beginnen hebben we de teek. Onder de douche voel je ineens een pluisje dat niet los laat. Je ontdekt dat het dingetje zich vasthechtte in je huid. Ja hoor, een teek. Voor de verwijdering is het pincet een noodzakelijk attribuut. Goed beetpakken tot diep in je vlees, een halve draai en – krak – trekken maar. Teek met kop en al verwijderd. Even nadeppen met ether of alcohol en klaar is kees. Als je na een dag of wat een rode ring om het wondje ziet dan moet je werk en vakantie vergeten en naar de dokter rennen.
Dan schiep God ook de mug. Zweden is een waar paradijs voor de wandelaar. Wat een ruimte, wat een stilte, uitgestrekte wouden met elanden. En wat een meren – talloze, met triljarden muggen in elk plasje. We liepen destijds op het heetst van de dag. ’s Ochtends en ’s avonds drongen de muggen die om je heen zwermden namelijk in massa’s tussen de naden van je kleren. Nu kon je je huid met tape, sjaals en wollen sokken aardig afdekken, maar een mens moet toch ademen en rondkijken. Dus krab je je eenmaal in je slaapzak – anti muggenolie ten spijt- het ongans.
Een ander stekelig karakter is de wesp. Om een reden die alleen bekend is bij de koningin der wespen word ik veel gestoken door de geelzwarte dames. Ik heb het zelfs eenmaal gepresteerd om tijdens het verspringen een wesp te scheppen in de linkerpijp van mijn korte broek. Het tafereel wat zich daarna ontspon is te pijnlijk voor woorden. Wel wil ik vermelden dat dertien steken voor één wesp die zich bekneld voelt een peulenschil is. Word je door een wesp of bij gestoken – en die zal dat heus nooit zomaar doen – dan is er een succesvol recept: zuig het gif ferm uit de wond en spuug dit uit.
Dit jaar worden we verblijd met een heus wespennest onder de dakgoot niet zo heel ver van de voordeur. Ze zijn eigenlijk prachtig die insecten met dezelfde outfit als de zware jongens uit de Donald Duck. Deze exemplaren zijn van de gewone wesp – Vespula Vulgaris. Ze laten ons en onze bezoekers met rust, dus laten wij hun nest ook ongemoeid.
Een bij is andere koek. Ze steekt maar één keer om de simpele reden dat ze erna het loodje legt. Ze laat haar angel in de huid van de gestokene achter en vliegt heen om te sterven. Na de steek moet je zo snel mogelijk de angel uit de huid wippen. Anders pompt die het gif onophoudelijk in het wondje. Op het Vrijthof te Maastricht was het ooit dat mijn vrouw een kreet slaakte. Ze wees op haar lies. En daar moest ik als EHBO-er onmiddellijk aan de gang. Gelukkig had ze een rokje aan dus was de angel er snel uitgehaald. En daarna, voor de zekerheid, toch uitzuigen natuurlijk.