Vanaf 2002 woon ik in Ede en tot heden heb ik de wereld, vooral die binnen Ede, zien veranderen. Veranderen is goed, hoor ik een lezer denken, wen er maar aan, men moet met zijn tijd meegaan, stilstaan is achteruitgang, flexibiliteit is het wachtwoord naar het levensgeluk van de toekomst.
O ja, daar kan ik een heel eind in meegaan.
Maar soms beland ik ineens in een doodlopende weg.
Bijvoorbeeld als ik met een ingewikkelde vraag over internationaal overschrijven naar het postkantoor loop en het hele postkantoor is verdwenen. Het mooie gebouw staat er nog wel maar er zit een andere organisatie in. Onthutst thuisgekomen google ik wat en kom ik erachter dat postkantoren te duur zijn, dat de klant er niet meer op zit te wachten, dat het opheffen van postkantoren een niet te stuiten trend is. Wat jammer, ik werd er altijd vakkundig geholpen en je sprak er es iemand. Ach het went, nu gaan we naar supermarkt X waar een meisje in een hoekje worstelt met zegels en tarieven en gewichten. Ze doet zo haar best. ‘Meneer, dit is de laatste keer hoor dat ik u kan helpen, we stoppen met deze service, u moet volgende week naar supermarkt Y.’
Of bijvoorbeeld als ik met een kapot ingewikkeld lampje dat ik alleen in een speciaalzaak kan kopen naar de winkel fiets en die winkel is leeg. Opheffingsuitverkoop staat er in schreeuwende koeienletters nog op de etalage, waarachter een poes me doezelig aankijkt op een verder kale winkelvloer. Een passant vertelt dat ik voor m’n technisch lampje 3 kilometer verderop moet zijn, ergens op het bedrijventerrein. Dan maar naar onze groenteboer voor een (h)eerlijke krop sla, maar ook die winkel houdt er binnenkort mee op. Licht onttakeld hoor ik aan dat de huur niet meer is op te brengen en ‘…ach, zo zijn de tijden, hè meneer?’
Weer thuis ben ik net op tijd om 2 pakjes aan te nemen aan de deur. Het ene voor 3 huizen verder van snelkoerier DPD en het andere voor 2 huizen verder van bezorgdienst DHL. Mijn kleine hal is geblokkeerd door de pakketten, maar vooruit, we hebben dat er graag voor over om ons aan te passen aan de nieuwe tijd. Boodschappendienst Picnic mengt zich ook in de uitdagende pakjesmarkt en zal behalve boodschappen ook pakjes gaan halen en brengen. Binnenkort kom ik aan schrijven niet meer toe want de chauffeurs weten een thuiswerker wel te vinden en er verschijnen straks 7, 8 pakketbezorgbedrijven met dieselende busjes in mijn straat met allemaal pakjes aan mijn voordeur voor al mijn buren die nooit thuis zijn. Online winkelen is dé trend. Niet te stuiten. Loop naar de schoenenzaak, laat je verwennen met een espresso van de zaak, pas je schoenen, bedank vriendelijk maar koop niets, en bestel thuis online dezelfde schoenen met 15% korting.
Leve de vrije markt, leve de concurrentie, leve de winstmarges en och, vooral hulde aan de aandeelhouders die zo goed zijn om hun lieve geld te investeren in beursgenoteerde bedrijven die steeds meer dividend aan hen moeten uitbetalen zodat ze weer nieuwe branches proberen en oude afstoten.
Ik ga straks naar mijn oude vertrouwde cd- en platenshop. De eigenaar weet me altijd te helpen in mijn muziekwens. Een deuntje van de Blue Diamonds? ‘O die, dat hebben we.’ Een oude hit van zus en zo, de nieuwste van die of die. ‘Zoek ik op, ah hier is-ie.’ Ik parkeer mijn fiets langs de winkelpromenade. Opeens bekruipt mij een angstig voorgevoel. Als mijn oude vertrouwde cd-shop weg is, wat dan? Ik voel me vervreemd, wereldvreemd en tel mijn passen naar de winkel.