Inmiddels weten we het of kunnen we het allemaal weten. Er is te veel stikstof in ons milieu. En te veel fijnstof. En te veel koolzuurgas. De wormen verstikken, dus kruipen ze naar de onderste aardlagen die of te nat zijn want grondwatergebied, of te droog want het regenwater wordt te snel afgevoerd. Dus weg wormen. En dat is erg want zonder wormen geen luchtige bodem waardoor het regenwater er niet in kan doordringen en het nog sneller doorspoelt naar riolen of zee. Bovendien kunnen de grutto’s en de merels geen wormen meer vinden, waardoor hun aantallen afnemen. Niemand wil een verschraald land of een natuur met enkel kweekgras en kraaien, maar toch heeft het er alle schijn van dat dit ons voorland is.
Hoe kan dat nou?
We zijn toch gevormd met het idee: als je iets wilt en je gaat daarachter staan dan gebeurt dat toch? Just do it. Change. Live your dream. Yes, we can.
Het probleem is, o sorry, de uitdaging is dat we kennelijk nog liever rijk willen worden. Of materieel slagen. Steeds hoger, steeds verder, steeds beter, steeds meer. Dat willen we met ons alleen nét even meer dan een natuur vol biodiversiteit. Want zeg nou zelf: wat koop je nou voor een paar megaton wormen meer? Wat levert zo’n grutto voor mij persoonlijk op? Voor mij als mens, weet je wel.
Als samenleving vinden we kennelijk mooie brede wegen, ruime huizen, winkelcentra, weerbestendige sportvelden, sportscholen, evenementenhallen en megastallen net even belangrijker dan rijke natuur, schone lucht, gezonde heidevelden en verkwikkende bossen. Dus, sorry oude bomen, jullie zijn mooi, maar nu moeten we je even kappen want jullie staan in de weg. Geen nood, want straks mogen jullie allemaal de oven in van de biomassacentrale.
Als individu kiezen we kennelijk er toch liever voor om dat ene verbouwinkje mee te pikken om ons huisje net even wat groter of luxer te maken dan dat we die vlier en lijsterbes aanplanten en alle ruimte geven in de tuin.
Los van de spagaten en de dilemma’s natuurlijk. Om een beter riool te hebben of een straatdek aan te leggen dat het hemelwater doorlaat in plaats van tegenhoudt, moet je wel eerst grootschalig graven of breken. In de goeie ouwe tijd gebeurde dat met de spade en paard en wagen, en dat was eigenlijk hartstikke duurzaam want geen stikstof maar zweet. Maar anno nu laten we bulldozers en graafmachines aanrukken want dat is heel efficiënt. Maar erg stikstoffig. En dan de duurzame windmolens. Ze halen energie uit wind. Maar niemand wil ze bij eigen huis. En de zonnepanelen. Worden die wel op een eerlijke manier gemaakt? En wat als ze voor veel geld op je dak liggen en de buurman wil zijn eik laten groeien waardoor jouw paneeltjes alleen maar schaduw vangen? Wat is duurzamer: zonenergie of zuurstof?
We gaan gewoon doen waar wij Nederlanders goed in zijn: polderen. Middenwegen zoeken. De boeren blijven boeren, maar zo groen mogelijk graag. De starters moeten wonen, maar de gevestigden hoeven echt niet altijd ruimer te leven. De auto’s mogen blijven rijden, maar het hoeft niet zo snel, en zeker niet ten koste van bomen. De schepen moeten varen maar ze hoeven niet meer 200 meter lang te zijn, op diesel te tuffen en te kapseizen voor Schier. Scheelt een hoop plastic in zee. En zeg es eerlijk: worden we echt gelukkiger van die sneaker uit Taiwan?
Misschien zijn we helemaal niet gedoemd om verslaafd te zijn. Aan luxe of aan geld. Dat was toen. Nú zegt jouw kind uiteindelijk: laat die broek uit Verweggistan maar daar mam, ook al is-ie kek en spotgoedkoop, ik blijf liever wat armer dan dat ik straks in stikstof stik.