Naast de Oude Kerk staat een gouden bacon. Woedende vegetariërs en veganisten laten het beeld tot nu toe ongemoeid. Excuus, dit is nepnieuws, het is geen bacon, het zijn ‘spelende kinderen’. Dat het beeld niet omstreden is klopt wel, ik begrijp gewoon nog steeds niets van moderne kunst.
Waar ik ook niets van begrijp is de moderne beeldenstorm. Je ergert je ergens aan dus besluit je het met geweld weg te halen. Geen petitie, wetsvoorstel of poging om draagvlak te verkrijgen zodat je je zin krijgt. Nee joh, gewoon met een groepje gelijkgestemden geweld gebruiken om je zin door te drukken. Het zal vast goed voelen want je strijd voor de goede zaak en het resultaat is dat je je zin krijgt. Maar ik gok dat het snel over is met dat goede gevoel. Want als ‘met geweld je zin doordrukken’ het nieuwe normaal wordt in onze samenleving zal het er allemaal niet gezelliger op worden. Laat staan inclusiever, rechtvaardiger of veiliger. Wat er de afgelopen dagen zich in sneltreinvaart afspeelde in de Verenigde Staten, Groot Brittannië, online bij de grote streamingdiensten maar ook hier in Nederland is best eng.
Natuurlijk begrijp ik dat mensen tegen onrecht willen strijden. En als iets in de openbare ruimte je herinnert aan onrecht of zelfs onrecht viert of verheerlijkt begrijp ik dat je daar iets mee wil doen. Een rotte tomaat, demonstratie of protestmars snap ik ook nog wel. Een petitie of – doe eens gek: een motie (laten) indienen in de gemeenteraad lijkt me helemaal prachtig. Maar vandalisme toch echt niet.
Ten eerste omdat het heel snel en onherroepelijk gaat. Geen hoor en wederhoor. Geen maatschappelijk discussie. Wel meer polarisatie, grotere tegenstellingen, verharding en met een beetje pech het verder wegbrengen van het oorspronkelijke doel. Ten tweede omdat als de overheid bij de ene vorm van eigenrichting en vandalisme niet optreedt en bij de andere wel er willekeur en rechtsongelijkheid ontstaat. Het klinkt groot maar het raakt de kern van onze democratische rechtstaat. Nu zou ik het volledig begrijpen als mensen het lelijke stuk spek naast de Oude Kerk, of de misschien de nog wel lelijkere Chico y Chica in de gemeentevijver zouden gooien (sorry liefhebbers van moderne kunst) toch ben ik daar absoluut niet voor.
Maar dit ging niet over smaak maar over onrecht. Zo ver ik weet hebben we in Ede (nog?) geen omstreden beelden. De ‘Muur van Mussert’ tel ik voor het gemak dan maar even niet mee. De tegenstanders van de bio-industrie zie ik hier nog niet zo snel het wachtende boertje in Bennekom omvertrekken en de tegenstanders van seksisme zullen het ‘Lunters Vrouwtje’ vast niet slopen. Aan de andere kant had ik nooit verwacht dat we de prestaties van bijvoorbeeld Churchill of Baden Powell niet meer zouden mogen vieren omdat ook zij donkere kanten hadden. Dus een oproepje vooraf lijkt me wel toch wel op z’n plek.
Zie je iets in Ede waar je je aan stoort? Begin niet met slopen maar ga gewoon ouderwets in overleg. Start een actie op sociale media. Bel even met een fractie in de Edese gemeenteraad. Luister en geniet. Misschien overtuig je mensen, misschien overtuigen ze jou. Misschien blijven jullie van mening verschillen maar begrijp je elkaar iets beter. Dat lijkt me een stuk bacon, ik bedoel, beter.
Straatnamenstorm?
De Gouden Eeuw met haar slavernij en acties van Nederlandse militairen in de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog hebben één ding gemeen; de geschiedenis hiervan lijkt nu herschreven te worden. Het heldendom van historische figuren als Piet Hein, Witte de With en Jan Pieterszoon Coen staat ter discussie. Met de kennis van nu zou geen gemeente een straat of tunnel meer naar hen gaan vernoemen. Datzelfde geldt voor de generaals Van Heutsz en Spoor. De eerste staat ook bekend als ‘de slachter van Atjeh’ en van Spoor wordt algemeen aangenomen dat hij destijds de grenzen van het toelaatbare ruimschoots heeft overschreden. En dat is misschien (waarschijnlijk) nog heel zacht uitgedrukt.
Beide laatstgenoemde ‘helden’ zouden naar onze huidige maatstaven waarschijnlijk terecht moeten staan voor het Internationaal Strafhof in Den Haag.
Dit jaar heeft onze koning tijdens het staatsbezoek aan Indonesië excuses aangeboden voor het geweld dat gepaard ging tijdens de onafhankelijkheidsoorlog ’in het volle besef dat de pijn en het verdriet van de getroffen families generaties lang voelbaar blijven’. Alleen al het feit dat men een periode in deze oorlog politionele acties noemde gaf al te denken. In deze oorlog verloren 97.000 Indonesiërs het leven tegenover 5.000 Nederlandse militairen.
In Ede zijn van vier van de vijf genoemde omstreden personen straten vernoemd.
De vraag die bij mij blijft hangen; moet onze gemeente de bedoelde straten een andere naam gaan geven? Naar mijn overtuiging zou hierover in ieder geval op z’n minst een discussie gevoerd moeten worden. De échte geschiedenis is helaas zoveel ánders dan datgene wat in onze geschiedenisboekjes staat en waarmee wij grootgebracht zijn!